Het gedoogbeleid in Nederland is niet alleen voor de eigen bevolking bijzonder moeilijk te volgen. Ook buitenlandse toeristen die naar ons land komen om de Nederlandse cultuur te proeven, weten vaak niet waar ze aan toe zijn. Een wietpas zou volgens de regering echter de oplossing zijn voor alle coffeeshops. Hennepdesk vertelt je meer over de snelle dood die dit plan heeft meegemaakt.
De coffeeshop in Nederland is een van de meest bijzondere plekken van het land. Niet zozeer vanwege de producten die deze pandjes verkopen, maar door regelgeving rondom deze shops. In principe is zo goed als alles wat een coffeeshop moet doen om een coffeeshop te kunnen zijn verboden. De afgelopen jaren is het er helaas niet veel beter op geworden.
De belangrijkste regel die menig wenkbrauw doet fronsen is toch wel dat drugs verkopen eigenlijk verboden is. Ook is het telen van planten voor softdrugs illegaal én de voorbereiding van illegale hennepteelt verboden. Kortom: het product wat de coffeeshop verkoopt, mag niet geteeld worden en ook niet verkocht. Dankzij het gedoogbeleid ziet de overheid deze verkoop als het ware 'door de vingers'.
De wietpas zou dit probleem wel eens even flink aanpakken, zo stelde minister van Justitie Ivo Opstelten in 2010 ten tijde van het eerste kabinet-Rutte. Met de invoering van de 'clubpas', zouden coffeeshops gezien worden als een soort clubs waar alleen volwassen Nederlandse inwoners lid van zouden kunnen worden. Een overzicht van de belangrijkste regels:
De clubpas zou in de volksmond al snel uitgroeien tot de wietpas. Populair was het plan zeker niet. De achterliggende reden was op deze manier de overlast en criminaliteit van drugstoeristen tegen te gaan en het coffeeshopbeleid beter beheersbaar te maken. Het belangrijkste kritiekpunt van velen was dat dit de drugstoeristen niet tegen zou houden, maar hen juist zou bevorderen om buiten coffeeshops om illegaal drugs te 'scoren'.
Ondanks alle ophef werd de wietpas 'gewoon' ingevoerd op 1 mei 2012 in Limburg Noord-Brabant en Zeeland, en vanaf 1 januari 2013 zou dit voor heel Nederland ingaan. Na de ingangsdatum van 1 mei 2012 groeit in veel coffeeshops het bezwaar. Ze zien immers hun omzet dalen en de drugscriminaliteit toenemen, iets waar ze al voor gewaarschuwd hadden.
Het nieuwe kabinet Rutte II, dat eind 2012 startte met regeren, stelde in het regeerakkoord dat de wietpas en registratieplicht dan ook zou verdwijnen. Gek genoeg zou diezelfde pas in november per direct geschrapt worden onder begeleiding van dezelfde minister die de pas had ingevoerd, namelijk Ivo Opstelten.
Ondanks de veelvoud aan kritiek op de speciale clubpas, was het volgens Opstelten een waar succes. Doordat de overlast van drugstoeristen zou zijn verminderd, was er geen behoefte meer om de 'clubpas in stand te houden. Vreemd, want het tegenovergestelde werd beweerd door coffeeshops en inwoners zelf.
In plaats van een nationale regelgeving mogen gemeenten voortaan zelf hun beleid rond coffeeshops en drugsoverlast bepalen. Wel geldt nog door het hele land dat bezoekers moeten aantonen dat ze in Nederland wonen voor het kopen van drugs. Gemeenten mogen ook zelf bepalen wanneer ze gaan controleren of coffeeshops deze regel ook uitvoeren.
Op 21 februari 2017 is er in de Tweede Kamer een nieuwe initiatiefwetsvoorstel aangenomen rondom de coffeeshopketen. Het wetsvoorstel zou ervoor moeten zorgen dat niet alleen de verkoop van softdrugs gedoogd wordt, maar ook de inkoop en transport transparant gemaakt wordt. Hierdoor wordt de teelt en bevoorrading dus uit de criminaliteit gehaald.
Het is nog maar de vraag of de vaak conservatieve en terughoudende leden van de Eerste Kamer deze initiatiefwet ook goed gaan keuren. Alles lijkt in ieder geval beter dan het beleid de afgelopen jaren en de vele geflopte wijzigingen die gerealiseerd werden.
Terug naar overzicht